pijl

Dubbele Boerenwitte (geplant 1980)

Synoniemen:
  • Eierpruim. ( in het oosten van ons land)
  • Arische Gele.
  • Witte Wijnpruim. (falso)
  • Prune Virginaal.
  • Weisze Jungfernpflaume.
  • Witte abricozenpruim.
  • Virginale à fruit blanc.
  • Altesse.
  • Doyenné. ( in de omgeving van Tiel)
In Lübeck wordt deze pruim Double Beurré Witte genoemd. Vermoedelijk is dit in het grijze verleden een verschrijving geweest van het woordje Boere. Er werd veel verkocht van Boskoop naar Lubeck.
Herkomst:
De Dubbele Boerenwitte is ongetwijfeld een van de oudste pruimenrassen van ons land. Wordt al zeer lang in Boskoop gekweekt. In 1870 werd het al beschreven in het boek “Pomologie of Kennisse der Vruchten” van Johann Hermann Knoop. Vermoedelijk is het een pruim van Nederlandse herkomst. Daarop wijst het gegeven dat het ras al 200 jaar geleden in Scandinavië bekend was onder een Nederlandse naam. Nederlandse boomgaard no.: 13.
Vrucht:
Dubbele Boerenwitte vrucht
plukrijp:half augustus.
vorm:middelmatig groot, zuiver rond.
kalibrering:
Ø mm
40
42.5
45
47.5
vruchtsteen:matig groot, laat zelden helemaal los van het vruchtvlees. Aan beide zijden iets verheven.
groef:ondiepe groef bijna vlak. Stempelpunt staat in een vlakke holte.
steelholte:tamelijk lang en dik, iets behaard of wollig, dikwijls gebogen. Groen met roestbruine vlekjes in een nauwe ondiepe holte, vlak op de vrucht geplaatst.
huid:zeer dun, bijna doorschijnend. Donzig. Vrucht scheurt zelden, iets wat bij veel regen bij andere variëteiten het geval is.
kleur:geel wit met groene aders en streepjes, soms met enige lichtrode vlekjes. De vrucht heeft een witblauwe waas. Bij volle rijpheid wasgeel.
vruchtvlees:aromatisch, zoet en zeer sappig, zacht maar niet week. Geel van kleur.
Gevoelig voor:
Kwaliteit:
“Alhoewel de vrucht schoon en goed is kan deze variëteit toch niet als verdienstelijk genoteerd worden, aangezien ze rijpt in het volle pruimenseizoen en er dan verschillende gekende variëteiten op de markt komen welke de zogenaamde Eierpruim op alle gebied overtreffen” uit Monographie Standaardisatie en Cultuur van Pruimen (1941).
Bewaren:
Gebruik:
Geschikt voor de inmaak.
Boom:
De groei van de boom is matig sterk, met een mooie ronde kroon. Dit ras heeft nogal wat fijn hout dat men in de zomer kan herkennen aan geel verkleurde blaadjes, die vaak verspreid aan de boom voorkomen. Deze Dubbele Boerenwitte kan als struik, halfstam of hoogstam worden geteeld. De eenjarige takken zijn kort geleed, recht, bruin, aan de schaduwzijde licht bruingroen, een weinig behaard terwijl men die van de Doyenné wollig kan noemen. De knoppen zijn kort, enigszins spits, de bladeren zijn min of meer ovaal en aan de onderzijde alleen langs de hoofdnerf iets behaard, van boven dofgroen en kaal en van onderen licht groen.
Boomvorm:
Matig groot.
Bloei:
Laat en is matig vruchtbaar.
Dubbele Boerenwitte bloei
Groei:
Onderstam:
Dubbele Boerenwitte boom
Bevruchters: 
Geeft zelf geen stuifmeel, moet absoluut bestoven worden o.a. door:
  • Belle de Louvain.
  • Reine Claude d`Oullins.
  • Rode Eierpruim.
  • Reine Victoria.
Weerstandsvermogen:
Vatbaar voor Fruitspintmijt en kans op Pruimenmot.
Standplaats:
Teeltwaarde:
Gelijkende vruchten:
De zuiverronde gele vrucht lijkt wat op de Reine Claude Verte, maar is geler en heeft een minder uitgesproken groef.
Snoeien:
Plantadvies:
In het algemeen aan te raden, rekening houdende met de eisen die aan standplaats, grondsoort, en verzorging worden gesteld.
Diversen:
Komt voor op de rassenlijst voor pruimen in Drenthe. Dubbele Boerenwitte wordt veel verward met de Doyenné; is echter van deze te onderscheiden door de onbehaarde scheuten en rondachtige, lichtgroene, nagenoeg onbehaarde blad. De Doyonné daartegen heeft sterk behaarde scheuten en langwerpig, donkergroen, aan de onderzijde sterk behaard blad.
Brongegevens:
  • Nederlandse Fruitsoorten. (1942)
  • Hoogstamvruchtbomen.
  • Leerboek der Fruitteelt.(1948) blz 600.
  • Mono. Standaardisatie en Cultuur van Pruimen. (1941)
  • Oude Fruitrassen in Noord-Nederland. J.Veel & J.Woltema.
  • 6e rassenlijst voor fruit, blz. 70
Dubbele Boerenwitte blad