pijl

Princesse Noble (geplant: voorjaar 2008)

Synoniemen:
  • Fransche Kroon.
  • Franse Kroonappel. (Friesland)
  • Noblesse. (Overijssel)
  • Kroonappel.
  • Prinsesäpple.
  • Princesse d'orange. (Prince d'orange) België.
  • Pomme d'Année. (Pomme d'Aunée).
  • Grosser Edler Prinzessin Apfel.
  • Bles  Alantapfel.
  • Haagje (in het oosten van ons land).
  • Fransche Noble.
  • Pomme Noblesse.
  • Mönchsnase. (Silezië).
  • Pomme d` Année of Pomme carrée (Frankrijk).
Herkomst:
Onbekend, waarschijnlijk Nederland, werd in 1708 echter uitheems genoemd. Werd in 1740 door Johann Hermann Knoop vermeld in het boek "Pomologie of Kennisse der Vrugten en bezonder van de Appels en Peeren" met 90 kopergravures die vergelijking met de nu nog bestaande soorten mogelijk maakt. De Notarisappel is vermoedelijk een zaailing van de Princesse Noble. De Notarisappel heeft veel overeenkomsten met de Princesse Noble zoals kleur en smaak. Werd vroeger geteeld in Utrecht, Brabant en de IJsselstreek.
Vrucht:
Princesse Noble doorsnedePrincesse Noble kelk
Princesse Noble appel

 

plukrijp:

 

half september - begin oktober.

consumptierijp:november - januari.
afmetingen:klein tot middel groot, 60 - 65 mm. Hoog, 60 - 65 mm. breed, schijnbaar hoog gevormd, zijden symmetrisch, zeer gelijkmatig van vorm, conisch naar de kelk, soms een weinig hoger dan breed.
kelkholte:vlak tot ondiep, middelbreed, ietsje geribd.
kelk:klein, gesloten, blaadjes klein, smal, aan de basis elkaar rakend. Tamelijk grote kelkslippen.
steelholte:smal, ondiep, lichtbruin beroest.
steel:middellang, dun tot middeldik, aan het einde verdikt, 2½ tot 3 mm. Dik, 12 tot 15 mm. lang, kastanjebruin.
schil:mooi glad en meestal gaaf, soms met enkele schurftplekken. De kleur is zeer opvallend lichtgroen, ze wordt soms aan de boom al een beetje geel. Bijna alle vruchten hebben aan de zonzijde een kleurtje. De mooie rode strepen op de geelgroene ondergrond geven aan de vrucht iets karakteristieks. Princesse Noble is mooier dan de Present van Engeland.
grondkleur:groenachtig geel tot geelachtig.
dekkleur:zalm- tot donkerrood gestreept, sporadisch beroest, schilstippels lichtbruin, niet opvallend.
vruchtvlees:vast, zeer knapperig, zachtzuur, lichtgeel, typisch fijn en zeer gewaardeerde aroma, goede smaakeigenschappen. Vrij harde appel die later in de tijd wat zachter wordt.J.H.Knoop schreef in 1740:“Zyn Vleesch is tamelyk zagt, en van een verhevene aromatyke geur; weshalven by een van de beste Tafel-Appels van zyn tyd is”.
klokhuis:niet groot, nogal breed, goed met zaden bezet.
Gevoelig voor:
schurftappelmeeldauwappelzaagwesp
Goed bestand tegen: vruchtboomkanker.
Oogst:
September, worden na het plukken eigenlijk iets te zacht daarom voorzichtig drukvrij oogsten, transport gevoelig, de vruchten zijn in het algemeen klein vandaar plukprestatie laag.
Bewaren:
Niet bijzonder geschikt voor natuurlijke opslag, koel opslag tot januari.
Gebruik:
Zeer goede handappel voor directe consumptie, huishoudelijk voor alle verwerkingen.
Boom:
Groeit matig tot sterk, dun, vrij slap hout, kruin piramidaal, draagt tamelijk vroeg, de jonge twijgen zijn in de winter gemakkelijk te herkennen aan de eigenaardige roodgele kleur.
Bloei:
Middellaat, kwaliteit van het stuifmeel is goed.
Princesse Noble bloei

 

Groei:
Princesse Noble groei
N.B. de geplaatste grafiek heeft betrekking op Bongerd Groote Veen, 
groei van bomen is sterk afhankelijk van plaatselijke omstandigheden!

Opbrengst:
Vroeg maar matig. Alleen op bijzondere geschikte standplaatsen hoog.
Gelijke bloeiers:
Bevruchters:
  • Early Victoria.
  • Glorie van Holland.
  • Groninger Kroon.
  • Lunterse Pippeling. (wellicht een goede bestuiver).
  • Brabantsche Bellefleur.
  • Jonathan.
  • Cox`s Orange Pippin.
Een goede bestuiver voor Schone van Boskoop.
Boomvorm:
Op te zwak groeiende (M9) onderstammen blijft de vorm te klein, maar geeft kleurrijke en grotere vruchten.
Onderstam:
Geschikt voor alle stamlengten en onderstammen.
Weerstandsvermogen:
Hout, bloei en jonge vruchten tamelijk vorstgevoelig.
Standplaats:
Geschikt voor alle grondsoorten.
Teeltwaarde:
Niet geschikt voor industriële productie. Door de goede smaak en mooi uiterlijk goed voor handelsdoeleinden. Alleen de matige opbrengst, de relatief kleine vruchten en de zwakke groei op bv. M 9 vormt een struikelblok. Voor particulieren nog aan te bevelen als halfstam.
Gelijkende vruchten:
Snoeien:
Princesse Noble vrucht
Oorzaak van verdwijnen:
Het verbaast vele mensen dat Cox`s Orange Pippin gebleven is en dat Princesse Noble, dat toch een goed smakende appel is, verdwenen is. Vermoedelijk kreeg Cox`s Orange Pippin hier in navolging van Engeland zo`n belangrijke rol toebedeeld en raakte Princesse Noble op de achtergrond. Een nadeel van dit ras is de matige vruchtbaarheid en in een tijd van selectie op productie (waardoor Golden Delicious zo`n belangrijke rol is gaan spelen) viel Princesse Noble hierdoor af.
Plantadvies:
In het algemeen aan te raden, mits rekening wordt gehouden met de standplaats, grondsoort en verzorging die aan de boom worden gesteld.
Diversen:
Een voorwaar nobele vrucht, weliswaar wat klein van stuk, maar lekker...! 
Komt voor op de rassenlijst voor appels in Drenthe.
Brongegevens:
  • Appel en Perenboek.
  • Hoogstamvruchtbomen.
  • Onze appels en peren. H. de Greeff. (1901)
  • Zelf fruit kweken. P.Dekker. (1951)
  • Nederlandse Fruitsoorten. (1942)
  • Zesde beschrijvende rassenlijst voor fruit. (1948)
  • Verdwenen appel- en perenrassen, blz.40.
  • De Nederlandsche Boomgaard. (1868)
  • Oude Fruitrassen in Noord-Nederland. J. Veel & J. Woltema. 
  • Aanvullende info Bongerd Groote Veen.
Princesse Noble blad